Homilie van paus Leo XIV bij de Mis voor de Aanvang van het Petrusambt, Sint-Pietersplein, zondag 18 mei

Dierbare broeder Kardinalen, Broeders Bisschoppen en Priesters,
Geachte autoriteiten en leden van het Diplomatieke Corps,

Groeten aan de pelgrims die zijn gekomen ter gelegenheid van het Jubeljaar van de Broederschappen!

Broeders en zusters, ik groet u allen met een hart vol dankbaarheid aan het begin van het ambt dat mij is toevertrouwd. De heilige Augustinus schreef: “Heer, U hebt ons voor uzelf gemaakt, en ons hart is rusteloos totdat het rust vindt in U” (Belijdenissen, I:1,1).

Deze dagen hebben wij intense emoties ervaren. De dood van paus Franciscus vervulde onze harten met droefheid. In die moeilijke uren voelden wij ons als de menigten waarover het Evangelie zegt dat zij “als schapen zonder herder” waren (Matteüs 9,36). Maar op Paaszondag ontvingen wij zijn laatste zegen, en in het licht van de Verrijzenis beleefden wij de dagen die volgden in de zekerheid dat de Heer zijn volk nooit in de steek laat, maar hen verzamelt wanneer zij verstrooid zijn en hen bewaart “zoals een herder zijn kudde bewaakt” (Jeremia 31,10).

In deze geest van geloof kwam het College van Kardinalen samen voor het conclaaf. Vanuit verschillende achtergronden en ervaringen legden wij in Gods handen onze wens om een nieuwe opvolger van Petrus te kiezen, de bisschop van Rome, een herder die het rijke erfgoed van het christelijk geloof kan bewaren en tegelijk vooruitkijkt naar de toekomst, om de vragen, zorgen en uitdagingen van de wereld van vandaag aan te gaan. Vergezeld door uw gebeden, voelden wij de werking van de Heilige Geest, die ons in harmonie wist te brengen, als muziekinstrumenten, zodat onze harten als snaren in één melodie konden trillen.

Ik ben gekozen, zonder enige verdienste van mijn kant, en nu kom ik, met vrees en beven, tot u als een broeder die uw geloof en vreugde wil dienen, en met u wil wandelen op de weg van Gods liefde, want Hij wil dat wij allen verenigd zijn in één familie.

Liefde en eenheid: dit zijn de twee dimensies van de zending die Jezus aan Petrus heeft toevertrouwd.

We zien dit in het evangelie van vandaag, dat ons meeneemt naar het Meer van Galilea, waar Jezus de zending begon die Hij van de Vader had ontvangen: een “visser” van mensen te zijn om hen op te trekken uit de wateren van het kwaad en de dood. Terwijl Hij langs de oever liep, had Hij Petrus en de andere eerste leerlingen geroepen om, zoals Hij, “vissers van mensen” te zijn. Nu, na de Verrijzenis, is het aan hen om deze zending voort te zetten, om steeds weer hun netten uit te werpen, om de hoop van het Evangelie in de “wateren” van de wereld te brengen, om de zeeën van het leven te bevaren opdat allen Gods omhelzing mogen ervaren.

Hoe kan Petrus deze taak uitvoeren? Het Evangelie zegt ons dat dit alleen mogelijk is omdat zijn eigen leven werd aangeraakt door de oneindige en onvoorwaardelijke liefde van God, zelfs op het moment van zijn falen en verloochening. Daarom gebruikt Jezus, wanneer Hij tot Petrus spreekt, het Griekse werkwoord “agapáo,” dat verwijst naar de liefde die God voor ons heeft, het zichzelf geven zonder voorbehoud of berekening. Terwijl het werkwoord dat Petrus in zijn antwoord gebruikt, de liefde van vriendschap beschrijft die wij voor elkaar hebben.

Wanneer Jezus dus vraagt: “Simon, zoon van Johannes, heb je Mij lief, meer dan dezen?” (Johannes 21,16), verwijst Hij naar de liefde van de Vader. Het is alsof Jezus zegt: “Alleen als je deze liefde van God hebt gekend en ervaren, die nooit faalt, zul je mijn lammeren kunnen weiden. Alleen in de liefde van God de Vader zul je je broeders en zusters kunnen liefhebben met datzelfde ‘meer,’ namelijk door je leven te geven voor je broeders en zusters.”

Petrus krijgt zo de opdracht om “meer lief te hebben” en zijn leven te geven voor de kudde. Het ambt van Petrus onderscheidt zich juist door deze zelfopofferende liefde, want de Kerk van Rome staat voor in de liefde, en haar ware gezag is de liefde van Christus. Het gaat nooit om het met kracht winnen van anderen, door religieuze propaganda of machtsmiddelen. Het gaat altijd en alleen om liefhebben zoals Jezus dat deed.

De apostel Petrus zegt zelf dat Jezus “de steen is die door u, de bouwlieden, werd verworpen en die hoeksteen is geworden” (Handelingen 4,11). En als Christus de rots is, dan moet Petrus de kudde weiden zonder ooit toe te geven aan de verleiding om een autocraat te zijn, en te heersen over degenen die aan hem zijn toevertrouwd (vgl. 1 Petrus 5,3). Integendeel, hij is geroepen om het geloof van zijn broeders en zusters te dienen, en met hen op te trekken, want wij allen zijn “levende stenen” (1 Petrus 2,5), geroepen door ons doopsel om Gods huis te bouwen in broederlijke gemeenschap, in de harmonie van de Geest, in het samenleven van verscheidenheid. In de woorden van de heilige Augustinus: “De Kerk bestaat uit allen die in harmonie leven met hun broeders en zusters en die hun naaste liefhebben” (Serm. 359,9).

Broeders en zusters, ik zou willen dat onze eerste grote wens een verenigde Kerk is, een teken van eenheid en gemeenschap, die een zuurdesem wordt voor een verzoende wereld.

In onze tijd zien wij nog steeds te veel verdeeldheid, te veel wonden veroorzaakt door haat, geweld, vooroordelen, de angst voor verschil, en een economisch model dat de hulpbronnen van de aarde uitbuit en de armen buitensluit. Van onze kant willen wij een klein zuurdeeg van eenheid, gemeenschap en broederschap zijn in de wereld. Wij willen met nederigheid en vreugde tot de wereld zeggen: Kijk naar Christus! Kom dichterbij Hem! Verwelkom zijn woord dat verlicht en troost! Luister naar zijn aanbod van liefde en word zijn ene familie: in de ene Christus zijn wij één. Dit is de weg die we samen moeten gaan — onder ons, maar ook met onze zusterkerken, met degenen die andere religieuze wegen volgen, met allen die naar God zoeken, met alle mensen van goede wil, om samen een nieuwe wereld te bouwen waarin de vrede heerst!

Dit is de missionaire geest die ons moet bezielen; niet om ons op te sluiten in kleine groepen, noch om ons verheven te voelen boven de wereld. Wij zijn geroepen om Gods liefde aan allen aan te bieden, om die eenheid te bereiken die verschillen niet uitwist, maar de persoonlijke geschiedenis van iedere mens en de sociale en religieuze cultuur van ieder volk waardeert.

Broeders en zusters, dit is het uur van de liefde! Het hart van het Evangelie is de liefde van God die ons tot broeders en zusters maakt. Met mijn voorganger Leo XIII kunnen wij ons vandaag afvragen: als dit criterium “de wereld zou beheersen, zou dan niet elk conflict ophouden en de vrede terugkeren?” (Rerum Novarum, 21).

Met het licht en de kracht van de Heilige Geest, laten we bouwen aan een Kerk gegrondvest op Gods liefde, een teken van eenheid, een missionaire Kerk die haar armen opent voor de wereld, het woord verkondigt, zich laat onrustig maken door de geschiedenis, en een zuurdesem van harmonie wordt voor de mensheid.

Samen, als één volk, als broeders en zusters, laten we op weg gaan naar God en elkaar liefhebben.

Meer nieuws

Paus Leo XIV

Met diep ontzag danken wij de almachtige God voor de […]

Gezinsdag aan Zee 2025

Zaterdag 28 juni 2025 van 10:00 uur tot 18:00 uur. […]

Uit het pastoraal team 15-05-2025

Zorg voor de Schepping – Laudato Si’-week Tussen 16 en […]

Gedachte 15-05-2025

Het enige wat we voor altijd zullen behouden is hetgeen […]

Dauwtrappen 29 mei

Donderdag 29 mei is het Hemelvaartsdag en dan gaan we […]

Gospeldienst op Hemelvaartsdag

Donderdag 29 mei 2025 om 11:30 uur in de Grote […]

Stichting Emmaus uit Langeweg

De Leerhuisavond zal in het teken staan van de stichting […]

Caritas Meimaand Actie

  Actie voor de Voedselbank In mei 2025 organiseren de […]

Onder de groene linde...tussen 14 mei en 10 september

Vanaf woensdag 14 mei tot en met woensdag 10 september […]

Mei-viering

Donderdag 15 mei is er om 19.00 uur een Mei-viering […]

Caritas lunch

  Vrijdagmiddag 23 mei is er weer een Caritas-lunch waar […]

Inschrijven Nieuwsbrief

Als u 2 wekelijks de Nieuwsbrief van de parochie wilt […]